Intrinsieke veiligheid 

Intrinsieke veiligheid (Intrinsic Safety) is een vorm van veiligheid die van nature aanwezig is binnen een systeem of object. Dit betekent dat het ontwerp zodanig is dat het gevaar voorkomt in plaats van achteraf maatregelen te vereisen. In de elektrotechniek verwijst intrinsieke veiligheid naar het ontwerp van elektrische apparaten en stroomketens. Een intrinsiek veilig toestel is opgebouwd uit componenten die bij een defect automatisch een veilige toestand aannemen.

Deze eigenschap is essentieel in omgevingen met explosiegevaar, zoals mijnen, boorplatforms, schepen en industriële installaties. Niet alleen het apparaat zelf, maar de gehele stroomkring – inclusief aansluitklemmen, lasdozen, bekabeling en voedingsvoorziening – moet aan strikte veiligheidseisen voldoen. Apparatuur die geschikt is voor dergelijke omstandigheden wordt aangeduid met de term Ex-i.

Bij intrinsiek veilige apparatuur worden spanning en stroom zodanig begrensd dat een eventuele vonk niet genoeg energie heeft om een explosie te veroorzaken, zelfs in een explosiegevaarlijke omgeving. Hierdoor wordt een hoog veiligheidsniveau gegarandeerd, zonder dat aanvullende beschermingsmaatregelen nodig zijn.

Intrinsiek veilige druksensoren

Intrinsiek veilige druksensoren worden gebruikt in explosiegevaarlijke omgevingen waar gas- of stofontploffingen een risico vormen, zoals in:

• Chemische industrie
• Olie- en gasinstallaties 
• Farmaceutische productie. 

Deze sensoren zijn ontworpen volgens het intrinsieke veiligheid (Ex-i) principe, wat betekent dat de elektrische energie binnen de sensor zo laag blijft dat er geen vonken of oververhitting kunnen ontstaan die een explosie zouden kunnen veroorzaken.

ATEX-classificatie

Omdat explosieveilige apparatuur in Europa aan strikte regelgeving moet voldoen, worden intrinsiek veilige druksensoren vaak gecertificeerd volgens de ATEX-richtlijn (2014/34/EU). ATEX-classificatie zorgt ervoor dat deze druksensoren veilig kunnen worden gebruikt in specifieke explosiegevaarlijke zones (Zone 0, 1 of 2 voor gassen en Zone 20, 21 of 22 voor stof). Om volledig ATEX-conform te zijn, moet niet alleen de sensor zelf intrinsiek veilig zijn, maar ook de bijbehorende bekabeling en signaalverwerkingseenheden, zoals zenerbarrières of galvanische scheiders.

Dankzij hun ATEX-certificering kunnen intrinsiek veilige druksensoren betrouwbare drukmetingen uitvoeren in potentieel gevaarlijke omgevingen, zonder dat zware en dure explosieveilige behuizingen nodig zijn. Hierdoor blijven de installatie- en onderhoudskosten laag, terwijl de veiligheid gewaarborgd blijft.